Bastaard: in een donker land
In een donker land, met bergen en bossen. In een tijd van woonwagens getrokken door boerenpaarden, met kaarsen die 's avonds branden en drinkwater, bruin en troebel, dat met een houten emmer omhoog gehesen wordt uit een waterput.
Ik groei op in het circus. Hij kan zich niet meer herinneren hoe hij er ooit terechtkwam, wie zijn vader of zijn moeder zijn. Ik is er nu, dat is alles wat hij weet. Meneer Oktober, de circusdirecteur, neemt Ik onder zijn hoede. De anderen, de acrobaten, clowns en slangenmensen, mogen Ik niet. Ik is een onderkruiper, een rare snuiter, zeggen ze.
Wanneer op een dag een dwerg verschijnt, verschuiven de machtsverhoudingen in het circus. Meneer Oktober zit verstijfd in zijn woonwagen en de dwerg zwaait de plak. Hij briest en brult en terrorirseert de groep. Hij introduceert ook een nieuwe act: de jonge vrouw uit het bos. Ze ziet eruit als een godin, maar is ze dat wel?
Als Ik in opstand komt tegen de tirannie van de dwerg, wordt hij verbannen. Ik trekt naar Paname, de hoofdstad van het land, waar hij dankzij zijn goddelijk muziek binnendringt in de kringen van vooraanstaande heren en elegante dames. Ik verandert, zijn inborst wordt duister. Ik baant zich een weg door de geschiedenis, volgt het rode waas van oorlog, opstanden, verderf en misdaad. Tot de jonge vrouw uit bos opnieuw zijn pad kruist...