God Met Warme Handen
Dewa, een veertienjarig schooiertje, woont met zijn familie in Kathmandu, de hoofdstad van Nepal. Hij is arm maar vindingrijk en charmant. Hij verovert het hart van Frieda, die alleen reist. Dewa wordt haar gids en hij toont haar de mooiste plekjes van de stad. Dewa en Frieda hebben elkaar nodig: zonder haar gehaaide gids loopt de vrouw verloren in de duizelingwekkende drukte van de grootstad en dankzij Frieda krijgen Dewa en zijn broertjes elke dag een maaltijd. Dewa krijgt toegang tot plaatsen waar hij anders niet welkom is: het hotel, de dierentuin en de tempel waar hij een ontmoeting heeft met Kumari, een zesjarig godinnetje. Een ontroerende jeugdroman waarin grote emoties als macht, vrijheid en liefde verweven zijn in een reisverhaal vol geuren en kleuren.