Belsazars einde

Het bloed op de muren van Hans Roderik van Veldens atelier laat geen ruimte voor twijfel: de beeldhouwer is met geweld om het leven gebracht. Minder makkelijk te duiden zijn de andere sporen die op de plaats van het misdrijf worden aangetroffen. Zo is er een schets, met op de achterzijde een davidster en de tekst 'mene-tekel' (Daniël 5: 24-27), plus een stukje papier met daarop de mysterieuze letters 'S. Ro.', Hoofdcommissaris Helmut Toppe staat voor een raadsel. Waar verwijst het bijbelcitaat naar? Wie is S. Ro.? En welke rol speelt Van Veldens vader, die in de oorlog joden uit Duitsland weghielp? Bovendien ontdekt hij dat Van Velden niet de voorbeeldige burger was waarvoor men hem in de stad Kleef hield: hij hield van zeer jonge meisjes en organiseerde regelmatig feestjes waar veel drugs en alcohol gebruikt werden. Tijdens zijn onderzoek blijkt de hoofdcommissaris steeds weer gedwongen te worden zijn eerdere theorieën bij te stellen, tot hij een verbijsterende ontdekking doet.